Ambulantisering Amsterdam
Een onderzoeksprogramma omtrent de gevolgen van ontwikkelingen in ambulante hulpverlening aan personen met een ernstig psychiatrische aandoening (EPA)
In het kort
Hoofdonderzoeker: Prof. Dr. A.P. Verhoeff
Betrokken instelling: UvA / GGD Amsterdam
Startdatum onderzoek: Januari 2018
Einddatum onderzoek: 2022
Aantal personen in onderzoek: 990 patiënten en 200 familieleden
De vraagstelling van het onderzoek
Vanaf 2008 is de trend ingezet om mensen met een ernstig psychiatrische aandoening (EPA) zo mogelijk niet op te nemen in een instelling maar zoveel mogelijk thuis te laten wonen, waarbij de behandeling en ondersteuning ambulant wordt aangeboden. Gemeenten hebben sinds 2015 (met ingang van de Wet Maatschappelijke Ondersteuning) meer verantwoordelijkheid voor het realiseren van die ambulante begeleiding. In de zorg wordt het opbouwen van een bevredigend maatschappelijk leven van de cliënt een steeds belangrijker behandeldoel. Ondersteuning door familie, vrienden en (soms) professionele hulpverleners is hiervoor onontbeerlijk. Wat is de impact van deze ambulantisering op cliënten, familie, zorgverleners, buren, buurten en gemeenten?
Het onderzoek
Het onderzoeksprogramma Ambulantisering Amsterdam wil antwoord krijgen op de volgende vragen:
- Hoe functioneren mensen met een ernstig psychiatrische aandoening (EPA) die zelfstandig wonen in Amsterdam? Welke ondersteuningsbehoeften hebben zij?
- Hoe functioneren de naasten van mensen met een EPA?
- Van welk zorg- en welzijnsaanbod maken mensen met een EPA gebruik? Hoe krijgt dit vorm in de verschillende instellingen en buurten?
- Welke rol hebben buurten en buurtbewoners in het (bevorderen van) welzijn en participatie van mensen met een EPA?
- Hoe geeft de gemeente vorm aan haar nieuwe verantwoordelijkheden? Wat zijn de knelpunten? Hoe kan dit in de toekomst verbeterd worden?
- Hoe zijn zorg- en welzijnsaanbod, buurt en gemeentelijk beleid gerelateerd aan het herstel van cliënten? En aan het functioneren van hun naasten?
Het onderzoek bestaat uit vijf deelprojecten. Er wordt een representatieve steekproef uit de Amsterdamse populatie samengesteld. De onderzoekspopulaties bestaan uit: a) mensen met een EPA tussen 18 en 64 jaar die zelfstandig wonen in Amsterdam; b) hun naasten; c) mensen in hun directe omgeving (omwonenden) en de buurten waarin zij wonen; d) instellingen en professionals die hen zorg en hulp bieden; e) de lokale overheid (gemeente). Er worden diverse onderzoeksmethoden toegepast zoals vragenlijsten, data-onderzoek en interviews.
Verwachte output
Hoewel het onderzoek betrekking heeft op de Amsterdamse situatie, verwachten de onderzoekers dat de uitkomsten ook van meerwaarde zullen zijn voor andere steden. Met de resultaten kan de ambulante hulp- en zorgverlening aan personen met een EPA in Nederlandse steden verder worden ontwikkeld naar een betere samenwerking tussen zorg en welzijn. Dit bevordert de participatie en het herstel van mensen met een EPA en ontlast hun naasten in de samenleving. De onderzoeksresultaten worden gedeeld met alle samenwerkingspartners en geïnteresseerden en worden beschreven in een artikel voor een internationaal wetenschappelijk tijdschrift.