Innovatie in de behandeling van dissociatieve identiteit stoornis
De toepassing van schematherapie
In het kort
Hoofdonderzoeker: dr. R.J.C. Huntjens
Betrokken instelling: Rijksuniversiteit Groningen, Experimentele Psychopathologie
Startdatum onderzoek: juni 2021
Einddatum onderzoek: juni 2026
Aantal patiënten in onderzoek: 32
De vraagstelling van het onderzoek
Dissociatieve stoornissen zijn stoornissen die een verband hebben met trauma en sterk invaliderend zijn. De Dissociatieve Identiteits-Stoornis (DIS) is de meest ernstige. DIS komt in psychiatrische instellingen bij vijf procent van de patiënten voor. De patiënten hebben een lage kwaliteit van leven: ze zijn vaak werkloos en eenzaam, en kampen naast dissociatieve klachten onder andere met extreme angst, depressie en (voor)suïcidaal gedrag. In Nederland bestaat geen overeenstemming over de behandeling van dissociatieve stoornissen. Ook is er geen multidisciplinaire richtlijn.
De huidige op de praktijk gebaseerde zorg omvat meestal een zogenoemde ‘fasentherapie’. Deze fasen zijn gericht op stabilisatie, traumaverwerking en integratie van identiteiten. De behandeling heeft diverse tekortkomingen zoals een zeer lange duur (8 tot 10 jaar) en hoge uitval. Daarbij komen de meeste patiënten niet verder dan de stabilisatiefase. Verder blijkt dat de aannames binnen het model dat ten grondslag ligt aan deze behandeling niet stroken met de resultaten uit experimenteel wetenschappelijk onderzoek. Er is dus veel ruimte voor verbetering in de zorg aan deze kwetsbare groep.
In dit project wordt de effectiviteit van een alternatieve behandeling van DIS onderzocht, schematherapie (ST). Deze behandeling sluit inhoudelijk meer aan bij de huidige kennis over de aard van de stoornis. Daarnaast duurt deze behandeling aanzienlijk korter, namelijk 3½ jaar. In studies naar ST bij andere ernstige trauma-gerelateerde problematiek (bijvoorbeeld borderline persoonlijkheidsstoornis en complexe PTSS) zijn heel goede resultaten behaald en is de uitval opmerkelijk laag. Deze effectieve behandeling is aangepast aan de specifieke problematiek en behoeften van DIS-patiënten.
Het onderzoek
Vanwege de zeldzaamheid van de aandoening wordt een design gebruikt waarin de patiënten hun eigen controle vormen. Tweeëndertig DIS patiënten worden in vier grote GGZ-instellingen in verschillende regio’s in Nederland ambulant behandeld met ST. Als index voor verandering gebruiken de onderzoekers een procesmaat van dissociatieve symptomen. Daarnaast gebruiken zij verschillende andere uitkomstmaten, waaronder de DIS diagnostische status en co-morbide symptomatologie. Ook gebruiken zij een maat voor het dagelijks functioneren (sociaal en beroepsmatig). De looptijd van de huidige studie bedraagt 5½ jaar (1 jaar voorbereiding, inclusie en diagnostiek, daarna een baseline fase van maximaal 5 maanden, 3 jaar behandeling, 6 maanden booster sessies en tenslotte follow-up meting na 6 maanden).
Verwachte output
Het onderzoek levert een bijdrage aan het verbeteren van de zorg aan deze vergeten patiëntengroep door het wetenschappelijk testen van een innovatief behandelprotocol, schematherapie. Dit protocol heeft een veel kortere behandelduur dan het huidige behandelaanbod. Er wordt een relatief lage uitval verwacht, een afname van klachten en functionele beperkingen en tegelijkertijd een toename van de zelfredzaamheid. De onderzoekers beogen directe implementatie door het trainen van diagnostici en behandelaren verspreid over Nederland. Hierdoor zal landelijk de expertise over DIS en de behandeling toenemen.